- Softwareplatform GitLab ging afgelopen donderdag naar de beurs en bereikte op de eerste handelsdag een marktwaarde van 15 miljard dollar.
- De Nederlandse topman Sytse Sijbrandij van GitLab stelt dat zijn bedrijf een aantal troefkaarten heeft in de concurrentie met andere platforms.
- Investeerders zeggen dat GitLab deals binnenhaalt op basis van de kwaliteit van zijn technologie.
Toen softwareplatform GitLab in 2014 werd opgericht, was het een van de eerste startups waarbij kantoorloos werken de standaard was. Dat zorgde voor twijfels bij beleggers. Investeerders vonden het “echt raar”, herinnert partner en managing director bij Khosla Ventures Sven Strohband zich. Khosla is een van de vroeg investeerders in Gitlab.
Maar tijden veranderen en niemand vindt GitLab meer vreemd. Afgelopen donderdag maakte het bedrijf zijn debuut op de Amerikaanse beurs. De koers steeg meteen 35 procent, waardoor een marktwaarde van meer dan 15 miljard dollar werd bereikt.
GitLab helpt teams van softwareprogrammeurs met gedeelde projecten, waardoor grootschalige softwareprojecten een stuk eenvoudiger uitgevoerd kunnen worden. De beursgang is een enorme mijlpaal voor het bedrijf, dat het opneemt tegen grotere rivalen als Atlassian en GitHub. Laatstgenoemde werd in 2018 voor 7,5 miljard dollar overgenomen door Microsoft.